Doe de mix in een kom met de boter en het water en kneed dit tot een mooi en stevig beslag. Verdeel daarna het deeg in drie gelijke stukken en laat het even 10 minuten rusten onder een theedoek.
Als dit klaar is rollen we de bollen mooi uit tot drie ‘pizza vormen’ zo groot moeten de plakken ongeveer worden. Pak alvast een vel bakpapier en leg daar de eerste plak op en bestrijk deze met pesto. Let op, laat de pesto wel goed uitlekken.
Pak nu een liniaal van 30 centimeter en reken uit wat het midden is. Druk even met een glas een rondje om het midden, zo heb je een richtlijn waar je niet mag snijden. Druk nu voorzichtig met het liniaal strepen op het deeg, want je moet 12 gelijke stukken maken maar niet doorsnijden, het midden moet vast blijven zitten! Het snijden kun je het makkelijkste doen met een pizzames.
Pak de twee flappen die naast elkaar liggen en draai deze twee keer naar binnen toe. Nu plak je de beide uiteinden aan elkaar en zorg je ervoor dat het een punt krijgt, zo krijg je het ster effect. En omdat je de binnenkant niet hebt gesneden zie je hier ook een mooie ster ontstaan. Dek de ster nu weer met een theedoek af en laat het 45 minuten na rusten. Een paar minuten voor tijd verwarmen we de oven alvast voor op 200 graden.
Bak de kerstster voor 25 minuten af in de oven, houd zelf goed in de gaten wanneer hij mooi bruin is. Bij ons was 25 minuten precies genoeg, hij had er niet langer in moeten zitten. Omdat onze flapjes zo vet waren geworden door het vet bleven ze helaas niet aan elkaar geplakt, maar dit ziet er als nog fantastisch uit!